maandag 21 januari 2013

Winterkost

Echt stamppottenweer. Als buiten alles onder de sneeuw verdwenen is, heb je een stevige bodem in je maag nodig, die langdurig je lichaam van warmte voorziet.
Het is vandaag eigenlijk echt een boerenkooldag. Maar helaas, de duiven waren ons voor, ze hebben de boerenkool in de tuin verslonden. Ik had met alle liefde de rollen omgekeerd en de jongens met de windbuks (die staat overigens nog op een verlanglijstje) erop af gestuurd. Ze glunderden bij het idee, maar bedongen erbij dat de duiven in de grond en niet in de pan zouden worden gestopt.
Vandaag staat er daarom maar hutspot op het menu. "Wortelmuis", zeggen ze hier in de Gelderse Vallei. Zulk traditioneel eten, daar lijkt niet veel variatie op te bestaan -de draaien die de Appie in zijn publicaties eraan slingert daargelaten. Maar toch, ook in stamppotland blijken familierecepten te bestaan.
Onze hutspot bestaat  bij voorbeeld niet alleen uit winterwortels, uien en aardappelen, maar van huisuit kreeg ik mee dat er ook een paar appels en wat gekookte witte bonen ingingen. En dan natuurlijk worst en spek -oh nee, klapstuk zei m'n ene oma. De andere hield er blijkbaar niet van, want m'n moeder kookte altijd de spek-variant.
En dan was er toddemoes, stamppot van witte kool, recht-toe-recht-aan, geen bijzonderheden. En stimpstamp (stamppot rauwe andijvie met spekjes, karnemelk en een lik mosterd). en natuurlijk boerenkool. Ik herinner me nog goed de eerste keer dat ik dat kookte. Volgens Jan was er op zich niet veel mis mee, maar hoe kon ik nu toch stamppot op tafel zetten zonder een flinke pan jus? En waar was de azijn? Ik bekeek hem vol verbazing. Jus? Azijn? Boerenkool hoort gewoon lekker smeuïg te zijn, jus is nergens voor nodig. En een schepje appelmoes is er toch heerlijk fris bij? Mijn moeder zette zelden appelmoes op tafel -bij gebrek aan appelbomen- maar voor boerenkool werd een uitzondering gemaakt.
Inmiddels heeft het familierecept enige aanpassingen ondergaan, zodat ieder aan zijn trekken komt. Boerenkool hoort dus smeuïg te zijn en daarvoor wordt er een flinke hand gort meegekookt (dat heeft blijkbaar al oude papieren, kijk maar eens bij coquinaria - boerenkool met kastanjes en gort, een recept uit de achttiende eeuw). En een scheut karnemelk gaat er ook door. Dat is hier een nieuwe toevoeging, maar eigenlijk is het een herintroductie. Sinds een paar maanden werkt een van onze zoons bij een ver familielid. Blijkbaar is voedsel een dankbaar gespreksonderwerp, want zoonlief kwam thuis met de vraag of ik ook karnemelk in de boerenkool doe "want dat doen ze in de familie, zegt de baas". Ik niet, dus, en mijn moeder ook niet. Maar jazeker, reageert mijn vader met direct een herkennende lach: Boerenkool, daar zit karnemelk in, en als je wilt, mag je er op je bord nog een scheut bij doen.
Op tafel staat de pan niet eenzaam, maar er staat ook een schaal appelmoes, een fles azijn en een pan jus. Voor elk wat wils. De liefhebbers mogen een bergje maken, met bovenin een kuiltje voor jus en azijn. Een 'dammetje' noemen ze dat  hier. Tja, aan zoveel invloeden kan de Afrikaanse toch niet ontbreken. Een dammetje is namelijk het Afrikaanse woord voor meertje. En daar moeten natuurlijk wat eilandjes in gelegd van worst en spek. Eet smakelijk!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten